“Hoe krijg ik ze in de leerstand?”, wordt regelmatig aan mij gevraagd. Daar heb ik nooit een direct antwoord op. Immers.. ik weet niet wat de medewerkers tegenhoudt.
Wat ik wel weet is welke factoren de zin om te leren beïnvloeden. Dus daar gaan we dan samen mee aan de slag. Er zijn drie elementen die van grote invloed zijn:
- De (werk)omgeving
- De behoefte om te leren
- De capaciteiten om te leren
Ik heb ze bewust in deze volgorde gezet omdat de omgeving in veel gevallen een belangrijke bottleneck vormt waar je als leidinggevende meteen iets aan kan doen. Je moet een stimulerende omgeving creëren waarin het leuk, en nuttig is om te leren. Of een omgeving waarin het vooral niet leuk en zinloos is om niet te leren.
Wat maakt leren leuk en nuttig:
- Een omgeving waarin leren gewaardeerd wordt, en waarin de progressie zichtbaar wordt gemaakt.
- Een omgeving waarin het ok is als er af en toe iets misgaat omdat experimenten worden uitgevoerd
- Een omgeving waarin je gestimuleerd wordt om acties te ondernemen
Hoe zorg je dat niet leren niet aantrekkelijk is:
- Duidelijk maken dat niet leren een negatief effect heeft op de promotiekansen
- Aanspreken op leerluiheid
- Destructief gedrag volledig negeren
Iemand moet zelf wel de behoefte om te leren voelen. Er moet dus een zichtbaar doel voor de persoon zelf te behalen zijn. Redenen die mensen hebben om te willen leren zijn van persoon tot persoon verschillend. Sommige mensen leren vooral om te leren (gemotiveerd door het proces). Sommige mensen leren vooral om voortgang te boeken (gemotiveerd door het te halen resultaat). Sommige vooral door onderdeel te zijn van een Comunity. (gemotiveerd door groepsbinding) enzovoort. Zoek dus uit samen met de medewerker welke redenen de medewerker zelf heeft om te leren.
Als laatste, heeft iemand de capaciteiten om te kunnen leren (iedereen heeft ze maar bij sommige mensen zitten ze op slot). Leren is een automatisme wat we van kinds af aan bij ons dragen, echter bij veel mensen is de leercapaciteit op slot gegaan tijdens het volwassen worden. Het was bijvoorbeeld in de vriendengroep niet stoer om te leren (leverde geen sociale acceptatie op), je werd regelmatig afgestraft terwijl je je best had gedaan (faalangst). Of het ontbreekt aan een veilige basis of een degelijk fundament (denk aan matige taalbeheersing) waarop je kan doorbouwen. Ook als iemand het “te druk” heeft kan iemand geen bandbreedte meer over hebben om te leren.
Kortom je krijgt ze in de leerstand als je inspeelt op de drie elementen:
- Creeer een stimulerende omgeving
- Verken en vergroot de leerbehoefte (en onderzoek de leermotieven)
- Begin op de juiste plek, werk ook aan het fundament en zorg dat leren bij de kerntaken hoort
Zin om hier eens verder over door te praten? Neem gerust contact op.